PC 302.00 – Flexi-jobs en overuren
04 december 2015
Met ingang van 01.12.2015 zijn de nieuwe maatregelen inzake flexi-jobs en goedkope overuren in de horecasector in voege getreden. Flexi-jobs maken het, mits enkele voorwaarden voldaan zijn, gemakkelijker om extra personeel op een flexibele wijze in te zetten. De voornaamste voorwaarde waaraan een flexi-job-werknemer moet voldoen, is dat deze minstens 4/5 bij een of meerdere andere werkgevers tewerkgesteld is in kwartaal T-3. Voor de goedkope overuren voor voltijdse werknemers geldt dat het bruto loon gelijk is aan het netto loon, waardoor de werkgever geen toeslagen of bijdragen moet betalen en de werknemers er meer van over houden.
PC 200.00 – Jaarlijkse premie
30 november 2015
Vanaf 2016 is er binnen PC 200.00 de verplichting om een jaarlijkse premie toe te kennen tezamen met de lonen van de maand juni. Het maximumbedrag van de premie voor een voltijdse bediende bedraagt bruto € 250,00. In de referteperiode (01.06 – 31.05) wordt rekening gehouden met effectieve en gelijkgestelde dagen. Als werkgever heeft men de mogelijkheid om deze bruto premie uiterlijk 31.12.2015 om te zetten in een alternatief. De totale loonkost (bruto + patronale RSZ) mag daarbij niet meer bedragen dan € 250,00. Behoudens tegenbericht voor 31.12.2015 verwerken wij de bruto premie.
Lees meer
Toegelaten arbeid gepensioneerden 2015
30 november 2015
Gepensioneerden die een rust- of overlevingspensioen genieten, mogen onder bepaalde voorwaarden hun pensioen cumuleren met arbeid. Gepensioneerden mogen onbeperkt bijverdienen vanaf het jaar waarin ze 65 jaar worden. Voor gepensioneerden die jonger zijn dan 65 daarentegen mogen de beroepsinkomsten, behoudens enkele uitzonderingen, bepaalde jaarlijkse bedragen niet overschrijden. Aangezien het jaar bijna ten einde loopt, is het aangewezen de beroepsinkomsten te evalueren om te vermijden dat deze grensbedragen worden overschreden.
Lees meer
Outplacement weigeren kan niet meer
27 november 2015
Tot 31.12.2015 mag een werknemer het outplacementaanbod weigeren indien het outplacement wordt aangeboden naar aanleiding van een opzeg of verbreking van meer dan 30 weken. Voor ontslagen die een aanvang nemen na 01.01.2016, kan een werknemer het outplacementaanbod niet meer weigeren en moet hij steeds ingaan op dit aanbod. Bij weigering zal de werknemer later een sanctie krijgen in het kader van de werkloosheidsreglementering. Voor een outplacementbegeleiding i.k.v. cao 82bis (45-plussers met minstens 1 jaar anciënniteit in de onderneming) heeft de mogelijkheid om te weigeren zonder gesanctioneerd te worden nooit bestaan.
PC 302.00 – Ecocheques
26 november 2015
Met de loonverwerking van de maand december 2015 zullen opnieuw ecocheques worden verwerkt voor de werknemers uit PC 302.00. Alle werknemers (vaste of tijdelijke werknemers, oproepkrachten,…) m.u.v. studenten hebben recht op ecocheques. Voor een voltijdse werknemer met een volledige referteperiode bedraagt het totaalbedrag € 250,00. Net zoals vorig jaar verzorgt Salar de bestelling van uw ecocheques, tenzij andere afspraken werden gemaakt.
Indieningstermijn terugbetaling educatief verlof
23 november 2015
De terugbetaling voor educatief verlof moet jaarlijks en binnen een bepaalde termijn door de werkgever worden gevraagd. Tot op heden moesten de dossiers worden ingediend voor 30.06 van het jaar dat volgt op het jaar waarin het betrokken schooljaar eindigde. In Vlaanderen wordt deze termijn aanzienlijk ingekort. De dossiers voor schooljaar 2014-2015 moeten uiterlijk op 31.03.2016 ingediend zijn. Vanaf schooljaar 2015-2016 is de uiterste datum voor indiening nog vroeger, m.n. 31.12 (i.c. 31.12.2016 voor schooljaar 2015-2016). Gelieve de aanwezigheidsattesten tijdig aan onze diensten over te maken.
PC 119 – Eindeloopbaandagen
17 november 2015
Met ingang van 01.01.2016 wijzigt het systeem van eindeloopbaandagen in PC 119. Arbeiders van 58 jaar of ouder die in aanmerking zouden komen voor werkloosheid met bedrijfstoeslag (voorheen brugpensioen) en waarvan de arbeidsovereenkomst niet is opgezegd, hebben jaarlijks recht op 3 eindeloopbaandagen. Arbeiders vanaf 60 jaar met minimum 10 jaar anciënniteit en waarvan de arbeidsovereenkomst niet is opgezegd hebben jaarlijks recht op 5 eindeloopbaandagen. Deze eindeloopbaandagen zijn te betalen door de werkgever. Om recht te hebben op eindeloopbaandagen is de situatie op 1 januari van het lopend jaar bepalend.
Niet-opgenomen vakantiedagen
16 november 2015
Een werknemer dient zijn wettelijke vakantiedagen op te nemen binnen de 12 maanden volgend op het einde van het vakantiedienstjaar. Alle wettelijke vakantiedagen dienen aldus te worden opgenomen tussen 1 januari en 31 december van het vakantiejaar. Hieruit volgt dat de wettelijke vakantiedagen waarop een werknemer recht heeft, niet mogen worden overgedragen naar het volgende kalenderjaar. Voor vakantiedagen die het bedrijf zelf toekent, zijn andere bepalingen van toepassing.
Flexibele arbeid
13 november 2015
De toepassing van flexibele arbeid, omschreven in artikel 20bis van de Arbeidswet van 16.03.1971, biedt de mogelijkheid om voor voltijdse werknemers een arbeidsregeling veranderlijk te maken. Behoudens enkele sectoren waar grotere flexibiliteitsmogelijkheden zijn, kan de gebruikelijke daggrens met maximum 2 uren verhoogd worden (met een absolute maximum tewerkstelling van 9 uren/dag) en de weekgrens met maximum 5 uren. Deze flexibele uren moeten gerecupereerd worden om de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur op jaarbasis niet te overschrijden. Dergelijke invoering vereist een aanpassing van het arbeidsreglement.
Lees meer
Bewijs van onkostenvergoedingen
12 november 2015
Indien een werknemer kosten maakt voor de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst, kan u als werkgever deze kosten terugbetalen. Deze terugbetaling van onkosten moet door de werkgever steeds verantwoord kunnen worden, bij voorkeur a.d.h.v. bewijsstukken zoals afschriften, BTW-bonnen, een onkostenstaat en dergelijke meer. Dit maakt immers steeds deel uit van de controle die de RSZ uitvoert. Voor bepaalde onkosten hanteert de RSZ een forfaitair bedrag, maar ook daarbij rust de bewijslast bij de werkgever. Bij gebrek aan bewijs bestaat het risico dat de onkostenvergoeding verworpen wordt en aldus geherwaardeerd wordt als loon.