Verenigingswerk sportsector 2021

Per 01.01.2021 kan de vroegere regeling omtrent bijklussen niet langer toegepast worden. Vanaf 2021 (en voorlopig enkel voor 2021) bestaat er, voor wat de sportsector betreft, een nieuwe regelgeving rond verenigingswerk. Er is een limitatieve opsomming met taken die hiertoe behoren (bv. sporttrainer of animator). Een vereniging die verenigingswerkers in dienst neemt, is een solidariteitsbijdrage van 10% van de vergoeding verschuldigd aan RSZ. Er is eveneens een belastingheffing van 10%. De aangifte verloopt integraal via www.verenigingswerk.be.

Verenigingswerkers dienen minimum 18 jaar oud te zijn en mogen op kwartaalbasis maximum gemiddeld 50 uren per maand prestaties als verenigingswerker verrichten. De minimumvergoeding per uur bedraagt € 5,10. Op maandbasis kan men in dit statuut maximum € 532,50 bijverdienen (en op jaarbasis € 6.390,00 – inclusief verplaatsingskosten en onkosten).

Verenigingswerkers kunnen in dienst worden genomen van vzw’s, feitelijke verenigingen en openbare besturen. Indien een vereniging een beroep doet op iemand die verenigingswerk wil komen doen, moet er een overeenkomst voor verenigingswerk worden afgesloten en een aangifte gebeuren bij de onlinedienst Verenigingswerk.

De overeenkomst voor verenigingswerk is geen arbeidsovereenkomst maar legt de afspraken tussen de partijen vast zoals de duur, de vergoeding, het vast of variabel uurrooster en de belofte dat de grens voor verenigingswerk niet wordt overschreden. De overeenkomst wordt gesloten voor een maximumduurtijd van 1 jaar. Per jaar kan een verenigingswerker maximum 3 overeenkomsten sluiten (al dan niet opeenvolgend) met dezelfde vereniging.

Voor meer informatie hieromtrent, de aangifte en een modelovereenkomst kan u terecht op www.verenigingswerk.be.