Ouderschapsverlof

Voor ieder kind jonger dan 12 jaar (of 21 jaar indien het een kind met een handicap betreft) heeft een werknemer die aan bepaalde voorwaarden voldoet de mogelijkheid om ouderschapsverlof op te nemen. Een voltijdse werknemer heeft de keuze om een volledige, halftijdse of 1/5e onderbreking te nemen. Een deeltijdse werknemer kan enkel een voltijdse onderbreking opnemen. Om hiervoor in aanmerking te kunnen komen, dient de werknemer te kunnen bewijzen dat hij ten minste 12 maanden bij dezelfde werkgever heeft gewerkt tijdens een periode van 15 maanden voor de aanvraag.

De maximumduur tijdens de loopbaan is o.a. afhankelijk van het aantal kinderen. Ouderschapsverlof telt niet mee in de berekening van de maximumduur van de opname van tijdskrediet.

De werknemer die ouderschapsverlof aanvraagt, is beschermd tegen ontslag. De ontslagbescherming loopt vanaf de datum van schriftelijke aanvraag en eindigt 3 maanden na de einddatum of 3 maanden na de kennisgeving van een eventuele periode van uitstel. Er is tijdens deze periode geen eenzijdig ontslag door de werkgever mogelijk tenzij men duidelijk kan aantonen dat het ontslag vreemd is aan het ouderschapsverlof. De eventuele sanctie hierbij bedraagt 6 maanden loon.